Een zeeuws ‘paeremes’, maar niet met paardjes maar een leeuw. Formaat ‘botermesje’, dus een stuk kleiner dan het klassieke mes. In het kooitje zitten twee kleine balletjes die een bescheiden geluid maken. Gesneden (gesnikkerd) voor mijn vrouw, theologe Maria Johanna (Marianne). Vandaar de klassieke kruisafbeelding waarbij Maria en Johannes aan weerszijden van het kruis staan. Onder de leeuw een zon als beeld van het goddelijke, maar ook als nimbus (stralenkrans). Aan de andere kant van het mes uitbundige bloeiende bloemen, een verwijzing naar onze tuin maar ook naar het Paradijs. Het hout is palmhout (buxus).